Wat was het een prachtige dag om de tentoonstelling van Yumiko Yoneda en Johan van der Veen te openen. Het weer precies goed, véél bezoek en verrassend hernieuwde en nieuwe ontmoetingen!
Foto’s 1, 3, 4 en 5: Martine Mees
Zaterdagmiddag 25 juli, toen het bijna droog was, om vijf minuten over drie, hebben we buiten onder de nadruppende boom de tentoonstelling geopend. Ondanks de lastige tijden, waarin we afstand moeten houden, lukte het goed om mensen bij elkaar te brengen. We ontvingen bezoek uit onder meer Amsterdam, Almere, Schiedam, ’t Bilt, IJhorst, Tilburg, Den Haag en Zwolle. En natuurlijk Zaltbommel (Kees van de Wal) en Orvelte (Colin de Rover). In het niemandsland tussen de mensen gingen de woorden bijna als vanouds heen-en-weer. Ook onze openingswoorden troffen doel en in de tentoonstelling stippelde het stiekem rood.
Waar gaat het om in de kunst: vorm of vent?
Een schijnbare tegenstelling die ouder is dan wij allemaal. Uit de literatuurgeschiedenis: Ter Braak en Du Perron, redacteuren van Forum (literair tijdschrift 1932-1935), pleitten voor literatuur waar een persoonlijkheid uit sprak.
Niet de vorm, maar de vent moest voorop staan.
In de periode daarvóór was men van mening dat het werk voorop moest staan, niet de maker en zijn persoonlijke keuzes. Om even de context te schetsen: in 1932 waren Hitler en Mussolini net aan de macht, in Rusland heerste Stalin, werelwijd was er een economische crisis. Het was 17 jaar na De Stijl, 16 jaar na de Eerste Wereldoorlog, 15 jaar na de Spaanse Griep en 8 jaar voor de Tweede Wereldoorlog.
Kees van de Wal maakte ooit geschilderde abstracties van landschappen. Daarin zijn de verschillende elementen: lucht, bos, de horizon opgebouwd tot een compositie in een vast kader. Op een dag bevrijdde Kees de vorm van zo’n landschapselement uit het kader. Zomaar, los, zonder verband hing het aan de wand. En was zichzelf.
Maar vrijheid, is dat: los van kaders?
Er is geen vrijheid in de zandwoestijn, Al staan er nergens hekken, nergens palen. Het is maar beter - als je vrij wilt zijn - Om sierlijk door een labyrint te dwalen. ~ Gerrit Komrij
De werken van Kees heten Zonder titel, dus ze hebben geen naam, geen omschrijving, zijn los van betekenissen.
Een vorm kan niet zonder zijn omtrek: de grens tussen de vorm en de ruimte. Tussen wat is en wat niet is. Die omtrek, die grens, verandert onvermijdelijk in een nieuw kader. Soms ook letterlijk, dan gaat de vorm weer open.
Kees van de Wal dwaalt vasthoudend en consequent door zijn labyrint, stelt zich vragen: “wat als…” En maakt dan nieuwe vormen. Zo’n nieuwe vorm krijgt bij Kees van de Wal een titel mee als: Staande rechthoek met ontbrekende hoek rechtsonder in antraciet. Een omschrijving. Een betekenis. Kijk, daar is de vent.
Zonder vorm krijgt vrijheid geen kans.
Colin de Rover componeert beelden van deels gevonden ijzeren voorwerpen. Zijn atelier is een laboratorium – of ook een labyrint – vol van dingen die ooit getransformeerd worden tot iets nieuws. De vorm en het verleden van de voorwerpen vertellen een verhaal, dat Colin tot een originele, samengestelde vorm construeert: een persoonlijk visueel ‘denkbeeld’. Daarbij neemt hij de vrijheid om in een vorm iets anders te accentueren dan waarnaar de oorsprong van het ding verwijst. Die vrijheid maakt de vorm los van de conventie. We kijken mee, zien dat het beeld van alle kanten anders is en – belangrijk! – van alle kanten interessant is, en we ontdekken hoe vanuit een nieuw standpunt een nieuwe betekenis vorm krijgt.
Zonder vrijheid heeft vorm geen persoonlijkheid.
Vorm en vrijheid hebben elkaar nodig om van betekenis te zijn.
Een vorm heeft een vent nodig met een speelse geest.
Wij danken de bezoekers voor de fijne gesprekken, de sfeer, de stippels en de foto’s.
Tot en met zondag 16 augustus bent u welkom om van dit moois te komen genieten.
1967, Oirschot
Academie voor Schone Kunsten, Arendonk (B)
Woont en werkt in Zaltbommel
Bevrijd van het kader wordt de vorm zichzelf en krijgt kleur, verkent grenzen, breekt open, omarmt. Kees van de Wal maakt vormen. Losgemaakt uit de schilderijen, waar ze oorspronkelijk ontstonden als abstracte landschapselementen, nemen ze krachtige gestalten aan. Ze schuiven over elkaar, smelten samen. Zoekend naar evenwicht vinden ze hun plaats en houding. Tegen de wand gaan ze relaties aan met elkaar en met de tussenruimte. Uitgesproken karakters.
1953, Perth (Australië)
Rietveld academie, Amsterdam
Woont en werkt in Orvelte
Speelse assemblages uit metaal, opgebouwd uit gevonden industriële objecten en materialen, soms verzinkt of afgewerkt in frisse kleuren, vaak roestig als het is. Colin de Rover onderzoekt de mogelijkheden van driedimensionale abstractie. Een associatieve afwisseling van open en gesloten lineaire vormen ritmisch geordend door een vrije geest. Zijn karakteristieke sculpturen suggereren lyrische beweging, schijnbare gewichtloosheid, improvisatie en toeval. Dansend in de ruimte.
Deze vindt plaats op 25 juli 2020 om 15.00 uur, in het bijzijn van beide kunstenaars.
De duo-tentoonstelling
was eerder gepland van 4 t/m 19 april 2020. Vanwege de corona-maatregelen hebben we de tentoonstelling uitgesteld en verplaatst naar 6 t/m 28 juni 2020.
Wij begrijpen uw kunst- en cultuurhonger na zoveel onthouding. Welkom dus. Maar helaas géén vernissage voor Flos Pol | Hein van Delft.
Nu Kunstlokaal №8 op 6 juni voorzichtig – streng hygiënisch – open gaat zijn wij genoodzaakt een zogenaamd tijdslot op de tentoonstelling aan te brengen. Met een aantal klikken wordt uw bezoekafspraak vastgelegd en bevestigd. Met de verruimde openingstijden bieden we iedereen royaal de ruimte.
Wethouder cultuur en publieke gezondheid van Gemeente Heerenveen, Hans Broekhuizen, zal op 6 juni de eerste bezoeker zijn van de nieuwe presentatie en het eerste exemplaar van de bijbehorende publicatie in ontvangst nemen.
Ter gelegenheid van de officiële ingebruikname van het tijdslot en de opening van de tentoonstelling bieden wij exclusief de Tijdslotfoto’s (lockdown twenty twenty) van Carrie Meijer in A4 magazine te koop aan voor €10.
Als kroon op de feestelijkheid mag u aansluitend – met respect voor 1,5 meter – in de beeldentuin nagenieten met uw zelf meegebrachte picknick op één van de vijf terrasjes.
De tentoonstelling Flos Pol | Hein van Delft is te bezoeken van 6 t/m 28 juni 2020, woensdag t/m zondag, 12.00 tot 18.00 uur.
Woorden die vandaag gelden kunnen morgen anders zijn.*
Ik heet Marcel en vandaag open ik niet met zóveel woorden deze tentoonstelling.
Welkom in ons Kunstlokaal №8, bij Monnikenwerk en vertellingen, de arbeid van Carrie Meijer en Ies Schute.
Nee, niet met zoveel woorden. En vast liggen die woorden helemaal niet ook al staan er hier enkele op dit papier gekrabbeld – een probatio pennae, ik probeer mijn pen. Het is meer een ‘Gaan waar de woorden gaan’ .** Uit het ene verhaal schilder ik het andere, zoals Ies dat dagdagelijks doet: ‘Zoals het je overkomt’.* Puttend uit teksten, foto’s, handelingen, gebeurtenissen en florale notities van vergankelijke seizoenen. Gaandeweg in de tijd samenvloeiend groeit een In Liefde Bloeyende stroom structuren, fragmenten van vormen en kleuren aaneen tot spirituele votieven op het rustgevende formaat van een A4-tje. Met een intens, donker dreigend of juist lichte boodschap of betekenis. Geordende materie in een eigen vocabulaire geboekstaafd. Concrete Poëzie?
‘Niet met zoveel woorden’ is de titel van een tentoonstelling in het museum Kröller-Müller, Otterlo, die ook vandaag opent. Men zegt: ‘een grote variëteit aan kunstwerken uit de collectie waarin woorden, letters, zinnen en tekstfragmenten een prominente rol spelen’.
Monnikenwerk en vertellingen. Uit de meesterlijke roman ‘Ik heet Karmozijn’ van Nobel-laureaat Orhan Pamuk citeer ik:
“Een grote Europese meester-illuminator liep een keer met een andere grote meester-illuminator door het Europese struweel, converserend over kunst en meesterschap. Al kuierend kwamen ze bij de rand van een bos. De beste meester van de twee zei tegen de ander: ‘Om volgens de nieuwe stijl te schilderen moet je zo’n vaardigheid hebben dat als je één van de bomen uit dat bos geschilderd hebt, iemand die dat schilderij gezien heeft desgewenst hierheen kan komen en die boom zo kan herkennen.’
Ik, de nederige tekening van een boom die u hier ziet, dank God uit het diepst van mijn hart dat ik niet op die manier ben afgebeeld. Niet omdat ik, als ik op Europese wijze geschilderd was, bang zou zijn dat alle honden van Istanboel zouden denken dat ik echt was en tegen mij aan zouden plassen. Maar omdat ik niet een boom wil zijn maar zijn betekenis.”
De penneproeven die Carrie in haar cel (lees: atelier) met uitzicht op Chinese kerk-kalligrafiën uit haar twintigste-eeuwse ganzenveer – de Rotring-pen – laat vloeien zijn als een Asemisch schrift zonder specifieke semantische inhoud. Het kan door elke lezer op een volstrekt andere manier worden gelezen. De taal van de schrijver (Carrie) en die van de lezer (u) kunnen dezelfde of juist niet zijn. Een soort logogrammen? Bij zulk gecompliceerd schrift wordt voor elk woord, grafeem of begrip een apart symbool gebruikt, zoals in Chinese talen. Dit in tegenstelling tot een fonogram, waarin juist de fonemen worden weergegeven. Homo Duplex!
Geen woorden maar daden in Carrie’s werk. Een ritmisch fugaal klankschrift, een vlucht waarin fenomenale meerstemmigheid en gevarieerde herhaling een hoofdrol spelen.
Kunstlokaal №8 en de beide exposanten nodigen u van harte uit deze prachtige uitstalling te vervolmaken door het aanbrengen van vele rode stippen die ik voor u heb klaargelegd.
Mijn schoonschrijverij geeft slechts blijk van mijn hoogst particuliere spinsels die mij brachten tot het aaneenrijgen van deze dualiteit.
Ik hoop dat u evenveel geniet als ik van dit samenraapsel.
‘Als alles op zijn plek valt, dan is het klaar’.*
© Marcel Prins, 1 februari 2020
___
* Ies Schute
** Een tentoonstelling die ik in 1998 in het Literatuurmuseum maakte