Solo tentoonstelling
28 november t/m 20 december 2020
28 november t/m 20 december 2020
Tussen de expositiedagen door de volgende voorbereiden. Goed kijken, luisteren en keuzes maken.
Flos liet ons zien waar haar inspiratie vandaan komt om steeds te blijven onderzoeken en maken. Natuurlijke processen die ze jarenlang minutieus heeft gevolgd en vastgelegd in haar tuin, structuren in wieren en planten. Klein leven op het wad en ook het afval dat ze daar aantreft: plastic draad en nylon touw, verwerkt ze in objecten. Wat een werklust, intensiteit en rijkdom! Binnenkort in een duo met Hein van Delft.
Twee meester-illuminatoren*
Monnikenwerk van Carrie Meijer en vertellingen van Ies Schute.
1 t/m 9 februari 2020 verlengd t/m 16 februari
Open op zaterdag en zondag van 12.00 tot 18.00 uur, op andere dagen na afspraak.
*vrij naar Orhan Pamuk Ik heet Karmozijn
1951, Ootmarsum
Vrije Academie, Den Haag
Woont en werkt in Amsterdam
Een intrigerend patroon vult het papier. Carrie Meijer tekent met rotringpen. Toegewijd als een monnik volgt ze minutieus het lijnenspel, dat is ontstaan door eerdere handtekeningen met behulp van de computer te transformeren. Het zwart van de inkt en het witte papier verbinden zich tot geometrische structuren in ritmische variatie. Door die afwisseling in de compositie, het handschrift en de textuur van het papier toont het werk zich levendig en geraffineerd, met een verrassende diepte.
1956, ’s Hertogenbosch
Tehatex, Moller instituut, Tilburg en de Witte Lelie, Amsterdam
Woont en werkt in ’s Hertogenbosch
Structuren, kleur, planten, een dier dat steeds opduikt, gestaltes, teksten. Ies Schute onderzoekt en vertolkt het bestaan. Ze brengt voorwerpen, teksten en foto’s die ze tegenkomt samen. Gaandeweg worden verbanden voelbaar in kleur, vorm en tijd. Als in een dagboek noteert ze de motieven die op deze manier betekenis krijgen. Het werk ontstaat door te doen. Een stroom van geschilderde beeldfragmenten op papier, als filmstills in de tijd, met een lading die de energie van het moment weerspiegelt.
Duo-expositie met objecten van Irma Horstman en werk op papier van Birgit Speulman.
Blauwe fijngelijnde voorwerpen kruipen over de wand en hangen in de lucht. Irma Horstman tekent met draden in de ruimte. De objecten spelen met elkaar en met hun schaduwen. Samen zijn ze een jonge, vrolijke familie. De ruimtes tussen de vormen worden zelf ook vorm, daar ontstaat een levendige uitwisseling van betekenissen. De grote stalen sculpturen zouden hun statige voorvaderen kunnen zijn. Irma geeft haar beelden titels als dichtregels.
Gescheurde randen, zachte kleurvlakken, stevige arceringen. Birgit Speulman gaat bij elke tekening een avontuur aan met de vorm, de kleur en het materiaal. Ze bouwt het beeld op en scheurt het ook weer uit elkaar. Ze maakt de vormen los, zodat ze verplaatsbaar zijn tot de verhouding tussen de delen klopt. De tekeningen zijn geen afbeeldingen van dingen. Ze geven commentaar op wat we ervaren als werkelijk, door zelf te ontstaan in een organisch proces.