De vrede, die gelukkig al weer 70 jaar duurt, wordt dit jaar groots herdacht, ook op CBS de Schalmei. Bij dit evenement horen cultuurlessen. Samen met de cultuurcoach en de ICC-ers bedachten we voor elke groep een programma. Vorige week donderdag maakte groep 7-8 vliegtuigen waarin eieren, ingepakt door groep 3, een val moesten zien te overleven. Birgit gaf deze week beeldende lessen aan groep 1, 2, 4, 5, 6 en 7a.
In veiligheid
Maandagochtend, groep 1. De jongste kleuters zitten in de kring met een knuffel op schoot. ‘Ik mag een knuffel van Juf, mijn eigen knuffel is thuis in mijn bed’ vertrouwt een jongetje me toe. ‘Lekker veilig’, zeg ik. Ik vertel dat ik een boekje ga voorlezen over twee knuffels: Felix en Florine, van Elzbieta, een mooi integer boekje over oorlog, voor jonge kinderen. Ik laat de woorden en tekeningen grotendeels voor zichzelf spreken. Na het verhaal gaan we de knuffels een veilig plekje geven. In de klas staat een heleboel materiaal dat de kinderen van huis hebben meegenomen. Ik deel dozen uit op maat van de knuffels, de kinderen verzamelen zachte schapenwol en lapjes om de knuffel in te stoppen.
Groep 2 heeft meer vragen en wil ook meer vertellen. Een meisje naast me zegt, terwijl ze haar hoofd schudt: ‘ik weet hélemaal niets van oorlog’. Een jongetje geeft antwoord: ‘mijn vader was vroeger in het leger. Daarom weet ik wat oorlog is, dat is ruzie tussen legers die vechten. Ze schieten en maken alles kapot en dat is niet leuk.’ Ik bedank hem.
Het verhaal van Felix en Florine raakt hen meer dan de jongere kinderen. Ook zij maken veilige verstopplekken voor hun knuffels en bijna allemaal stoppen ze de knuffels helemaal weg, vaak wel met een raampje om door te gluren.
In memoriam
Maandagmiddag is het prachtig lenteweer. Met groep 4 en 5 ga ik naar de begraafplaats. Alleen al die locatie is een hele belevenis: zóveel dode mensen. Je moet er zachtjes praten en rustig lopen, ‘want anders is het niet leuk voor de dode mensen’, of nee: ‘uit respect voor de familie van de doden’. We bekijken het grote monument voor de gevallenen en een kleinere met Friestalige opschriften. Wat betekent in memoriam? En wat betekent unrjocht (onrecht)? En slavernij? En gevallenen? Heel moeilijk voor kinderen van 7 tot 9 jaar. Ze krijgen van mij een speciaal papier en waskrijtjes, waarmee ze in groepjes namen, jaartallen en woorden overnemen van het monument.
Dinsdagochtend gaan we verder in de grote zaal, met alle 38 kinderen en twee meesters. Op grote vellen papier sorteren ze de woorden op hun frottages (wrijfprenten, rubbings) van de vorige middag. Als het woord bij oorlog hoort komt het op een bruine ondergrond, als het bij vrede en vrijheid hoort komt het op een wit papier. Moet ‘1945’ nou op oorlog of op vrede? Het einde van de Tweede Wereldoorlog of het begin van 70 jaar vrede? De kinderen besluiten: vrede.
Om de woorden heen maken de kinderen tekeningen bij ‘oorlog’ en bij ‘vrede’. In de oorlog was van alles verboden. Ik verbied het gebruik van kleur. Op het bruine papier zijn daarom alleen witte en zwarte tekeningen toegestaan en alle woorden moeten precies recht worden opgeplakt. Op het witte papier mag met alle kleuren getekend en geknipt en geplakt worden, zo uitbundig als ze maar willen. De enige afspraak is: het hele groepje moet het leuk vinden. Want als je ruzie krijgt… dan zit je zó weer op een bruin papier. Ik merk dat de kinderen niet alleen hardop denken (het is behoorlijk rumoerig), ook op het papier denken ze verder. Door te tekenen en te schrijven breiden ze hun begrip van wat ‘oorlog’ en ‘vrijheid’ betekent uit. Ik zie dat verschillende groepjes het felgekleurde papier niet gebruiken: ‘we vinden dat het anders rommelig wordt’. Een ander groepje tekent met zwart krijt op het witte vel papier: ‘want dat vinden we mooi’.
Na een uur hard werken wordt de concentratie minder. Ik haal wat groepjes naar voren voor een tussenstand, in de hoop dat de kinderen dan weer met nieuwe energie verder kunnen en alle losse tekeningetjes tot een eenheid aan elkaar gaan tekenen. Dat lukt de meesten maar heel even, het is écht op. De kinderen leggen hun werk op de rand van het podium en later, met hun eigen meester in hun eigen groep, zullen ze er nog eens goed naar gaan kijken.
Onder de trap

Dinsdagmiddag is groep 6 en 7a aan de beurt. Ik heb een schilderles met acrylverf voorbereid. De kinderen krijgen eerst alleen zwarte en witte verf, later voeg ik een enkele kleur toe. Als voorbereiding hebben de kinderen een filmpje bekeken over een inval: Op 20 oktober 1944 werd de manifacturenwinkel van de familie Fokkema in Haulerwijk door Duitse soldaten omsingeld en beschoten. In een interview vertelt dochter Ali Fokkema hoe zij als klein meisje deze gebeurtenis beleefd heeft. Ik ben van plan dit verhaal samen met de kinderen in scènes op te knippen. De kinderen kunnen dan kiezen welke scène ze gaan schilderen. Het blijkt dat ze slecht kunnen navertellen wat er precies gebeurde. Wel weten ze dat de familie in een kelder onder de trap verborgen zat. In het donker. En dat ze de soldaten hoorden. Ik geef ze de keuze: de mensen in de kelder óf de soldaten. Eerst laat ik nog een schilderij zien van Kornelis, waarop goed te zien is wat je met zwarte en witte verf kunt doen en hoe de lichamen van mensen in een groep elkaar overlappen.
Ik zie de kinderen zoeken met de verf als gereedschap. Bijna alle meisjes tekenen voorzichtig een trap diagonaal over hun paneeltje, bouwen het beeld stap voor stap met zwarte lijnen op vanuit een helder idee. Ze letten heel erg op elkaar, vragen ‘of het zo goed is’ en klagen: ‘ik kan niet tekenen’. Bijna alle jongens gaan uit van het materiaal en een flexibel plan. Zij vullen het vlak met zwart, grijzen of met ondefinieerbare vormen, laten het beeld ontstaan vanuit de handeling en veranderen meerdere malen hun idee. De meisjes zetten hun creativiteit later in, als ze moeten omgaan met de ruimte tussen de lijnen. Ik vind dat ze allemaal echt prachtige schilderijtjes hebben gemaakt!
Tentoonstelling
Ter afsluiting van het project ‘Oorlog en Vrede’ op CBS De Schalmei in Haulerwijk bouwde Marcel met hulp van een paar leerlingen van groep 8 een tentoonstelling in een kleine schaftkeet. Laat Pake, Beppe, Heit en Mem maar komen kijken wat ze allemaal gemaakt hebben.